Vroeger zagen we mekaar. We spraken ergens af en we daagden op. Het contact stond bijna altijd centraal. Vandaag worden berichten op netwerksites verstuurd en wordt er quasi vanuit gegaan dat je ze leest. Alsof het persoonlijk tegen je verteld is. Het werkt voor mij niet meer. Ik merk dat ik de berichten minder en minder lees, ze te laat lees of volledig achterhaalde info tot mij krijg.
Iemand zien in levende lijve werkt voor mij nog steeds het beste. Ik voel graag hoe het met iemand is. En nee, mijn lichaam hoeft daarvoor geen ander lichaam aan te raken. Ik voel het zo ook wel. Of het zit in de intonatie waarmee iemand iets zegt, de geladenheid van zijn/haar woorden. Telefonisch lukt dat net nog. Een stem verraad veel. Niet alles. De mimiek en fysieke houding geven meestal nog meer weg dan de intonatie, hoewel de energie van woorden en het specifiek woordgebruik niet te onderschatten is. Nee. Le vraiment. Geef me dat maar. Iemand zien, ermee aan tafel zitten, contact maken, samen komen, samen sporten. Dat gaat boven alles. Wij mensen zijn niet gemaakt om ergens van op afstand interactief met elkaar te wezen. Wij willen kunnen voelen, kunnen ervaren. De virtuele wereld is prachtig, daar twijfel ik niet aan. De mogelijkheden die het ons biedt zijn ronduit wonderlijk te noemen. Het valt op dat door de interactiviteit ik toch steeds op zoek ga naar dat 'in real live' contact. Dat ik het virtuele meestal gebruik waar voor het bedoeld is, namelijk van op afstand communiceren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten